Cryptogrammen zijn uit ten huize van Ruud Hendrickx, sudoku is in. Ik ben er misschien wat laat mee – de sudokuhype is al over zijn hoogtepunt heen, denk ik – maar de verslaving is er niet minder groot om. Elke dag los ik een sudokupuzzel op, niet op papier, maar op m’n pc. Dat maakt het zoveel makkelijker.
Alleen blijf ik natuurlijk wel een taalmens in hart, nieren en ziel. Terwijl ik probeer de cijfertjes hun plaats te geven, kan ik het niet nalaten ook over alle taalproblemen met sudoku na te denken.
‘Sudoku’ spreek je uit als ‘soedóókoe’. Daarmee voegt het woord zich bij het exclusieve clubje van ‘tiramisu’ en ‘haiku’, tot nu toe de enige woorden waarop deze spellingregel van toepassing is: “Als het grondwoord eindigt op een u (uitgesproken als /oe/), dan gebruiken we een apostrof in het verkleinwoord.” We spellen dus ‘sudoku’tje’.
De spelling met apostrof is er ook gekomen, vermoed ik, omdat de spelling ‘sudokutje’ ongewenste beelden oproept. Helaas pindakaas, we zullen met dat ongewenste beeld toch moeten leren leven.
Want ik had tot een week geleden misschien nog nooit ‘gesudokud’, mijn moeder ‘sudokut’ al jaren. Geef toe, zoiets zeg je toch niet van je eigen moeder.