Behalve hoofdredacteur van de Grote Van Dale ben ik ook taaladviseur bij de Vlaamse publieke omroep. Heel wat mensen weten dat ook en wijzen me erop dat journalisten en presentatoren soms woorden gebruiken die in het woordenboek ontbreken. (Meestal vragen ze zich dan ook af of die woorden wel bestaan.)
Deze week schenkt ook de nieuwssite van de VRT aandacht aan Valentijnsdag. De kop ‘Rode rozen voor Valentijn?’ viel een van de lezers op. ‘De Dikke Van Dale kent deze “Valentijn” nog niet en het Groene Boekje kent hem alleen als heilige, maar ik vermoed dat de rozen niet bedoeld zijn voor die goede man.’ Daar ga ik dan ook als hoofdredacteur mee aan de slag.
Gek genoeg had de lezer gelijk. De Dikke kent ‘valentijn’ helemaal niet als verkorting van Valentijnsdag. Hij kent ‘valentijn’ alleen in de zin van ‘valentijnskaart’ en ‘stille aanbidder of aanbidster’. In de eerste plaats heb ik dan ook de betekenis ‘Valentijnsdag’ toegevoegd. Met veel dank aan de lezer die me op de leemte gewezen heeft.
Veel mensen willen ook kunnen opzoeken hoe je woorden gebruikt. Daarom heb ik twee voorbeelden toegevoegd: ‘met valentijn’ en ‘een cadeautje voor valentijn’. Meteen kunnen ze ook zien dat ‘valentijn’ met een kleine letter gespeld wordt. De feestdag heet voluit ‘Valentijnsdag’, met hoofdletter, en dat wordt informeel verkort tot ‘valentijn’, met kleine letter. Net zoals ‘Kerstmis’, met hoofdletter, verkort wordt tot ‘kerst’, met kleine letter.
Maar daarmee is de kous niet af. Een ‘valentijn’ is niet zomaar een stille aanbidder of aanbidster. Ik kan een stille aanbidder van iemand zijn, maar zolang ik hem of haar dat op Valentijnsdag niet duidelijk maak, ben ik geen ‘valentijn’. In de definitie hoort zeker te staan dat die stille aanbidder iemand is die op Valentijnsdag een kaartje of cadeautje aan zijn aanbedene stuurt. Dat heb ik dan ook toegevoegd aan de definitie.
Dezelfde VRT-lezer vroeg zich af of de verkorte vorm ‘valentijn’ een hoofdletter moest krijgen. Nee, dus. En dat geldt ook voor alle samenstellingen met ‘valentijn’, behalve ‘Valentijnsdag’, want dat is zoals gezegd de naam van de feestdag. Op verschillende plekken in het woordenboek heb ik opnoemers toegevoegd: woorden die geen verklaring behoeven, omdat de betekenis doorzichtig is en we ze opnemen om bijvoorbeeld te laten zien hoe ze gespeld worden. Zo staan nu ook ‘valentijnsaanbieding’, ‘valentijnscadeau’ en ‘valentijnsmenu’ in de digitale Dikke.
Bij ‘boeket’ bleken helemaal nog geen voorbeelden van boeketten te staan. Dus heb ik behalve ‘valentijnsboeket’ ook maar ‘kerstboeket’, ‘moederdagboeket’ en ‘verjaardagsboeket’ toegevoegd. En daarmee hoeven de bloemenzaken ook daar niet meer over te twijfelen.
Deze column is eerder verschenen op de website van Van Dale.