De Vlaamse viroloog Marc Van Ranst zei onlangs dat de bevolking een nieuwe lockdown alleen maar zou accepteren als het aantal coronabesmettingen snel zou stijgen. Voorlopig gebeurt dat niet. De toestand is ernstig, maar het zit allemaal nog – en zo zei hij het – onder de waterlijn.
Voor mij was dat nieuw. Dat problemen na een tijdje aan de oppervlakte kunnen komen, daar kijk ik niet van op. Maar dat die problemen daarvoor onder de waterlijn zaten, dat had ik nooit eerder gehoord.
Toch blijkt het niet helemaal nieuw te zijn. Het is zowaar een favoriete uitdrukking van een VRT-collega: de Wetstraat-journalist Johny Vansevenant. Ruim twee jaar geleden schreef hij dat politieke benoemingen een gangbare praktijk zijn, maar wel grotendeels onder de waterlijn blijven. Daarvoor schreef hij dat staatssecretaris Theo Francken een zaak niet meer onder de waterlijn kon regelen. En nog eerder liet hij de liberalen opperen dat vicepremier Peters onder de waterlijn had moeten blijven.
Op het internet is onder de waterlijn geregeld te vinden, maar dan wel in een andere context. De uitdrukking is populair in het ijsbergmodel voor gedragsverandering van David McLelland. Het topje van de ijsberg is het zichtbare gedrag, het grootste deel van de ijsberg zit onder water en zie je niet. Daar zitten de onbewuste overtuigingen, motieven, normen en waarden. Wil je het gedrag van mensen veranderen, dan moet je onder de waterlijn kijken, naar het verborgen deel van de ijsberg.
Of collega Johny de mosterd heeft gehaald bij de gedragstherapeuten? Dat laat ik maar in het midden. Maar de uitdrukking heeft wel school gemaakt. Een van Johny’s collega’s merkt dat er een complex en subtiel lobbynetwerk van het bedrijfsleven onder de waterlijn actief is in de politiek, en de procureur van Limburg is bang voor wat er onder de waterlijn in het drugsmilieu gebeurt.
Onder de waterlijn staat binnenkort ook in uw woordenboek.
Deze column is eerder verschenen op de website van Van Dale.