Veertig delen, vijfenveertigduizend pagina’s, vierhonderdduizend ingangen en anderhalf miljoen voorbeeldzinnen, het Woordenboek der Nederlandsche Taal (WNT) is geen kleintje. Integendeel zelfs, het is het grootste woordenboek ter wereld. Dat hebben we de afgelopen dagen uitgebreid in de media kunnen horen. Maar wat is dat WNT nu precies? Moeten we met z’n allen naar de winkel hollen om een exemplaar te kopen?
Ruim anderhalve eeuw geleden werd op een taalkundig congres in Brussel besloten een woordenboek van het Nederlands te maken. Op dat moment was er van de Grote Van Dale nog lang geen sprake. Er bestonden wel vertalende woordenboeken, maar verklarende woordenboeken waren iets helemaal nieuws.
We zaten toen volop in de Romantiek, een periode waarin de eigen cultuur en taal in de belangstelling stonden. In dezelfde tijd begonnen de gebroeders Grimm aan hun uitgebreide woordenboek van het Duits. Bovendien was België nog niet zo lang geleden onafhankelijk geworden en het Nederlands dreigde er in de verdrukking te raken.
Oorspronkelijk wilde de Leidse hoogleraar Mattias de Vries een beschrijving van het Nederlands van zijn tijd maken. Hij zou vooral de “schone letteren” beschrijven, om te laten zien dat het Nederlans net als het Frans een rijke, mooie taal was. Om de taal historische wortels te geven, ging hij ook terug in de tijd, tot 1637, het jaar waarin de Statenbijbel was verschenen.
Later is het plan gegroeid om het WNT uit te breiden tot een beschrijving van het gehele Nederlands, zoals het ook in wetenschappelijke, religieuze en praktische teksten werd gebruikt. Meteen werd ook de begindatum opgeschoven tot 1500, omdat het intussen verschenen Middelnederlandse woordenboek de taal tot 1500 bestreek.
Ruim een eeuw later, in 1976, zagen de redacteuren het niet meer zitten. De hoeveelheid taalmateriaal die ze moesten beschrijven, was zo groot dat ze besloten geen woorden meer op te nemen van na 1921. In het WNT zal je dus tevergeefs zoeken naar de woorden ‘internet’ en ‘yuppie’.
Het WNT is helemaal niet bedoeld voor huis-, tuin- en keukengebruik. Het is een woordenboek voor specialisten, voor wetenschappers die de taal bestuderen en voor … andere woordenboekmakers. Om het met een huizenhoog cliché te zeggen: het WNT is de moeder van alle woordenboeken. De resultaten van het werk aan het WNT zijn meteen te merken in de gewone woordenboeken. Zodra een deel van het WNT klaar was, werd het overeenstemmende stuk van de Grote Van Dale ook gemiddeld de helft uitgebreider.
Wie het WNT toch wil kopen: het hele werk staat ook op cd-rom. En het is gratis te raadplegen op het internet.