Zou minister Van Grembergen toch niet een ietsepietsie gelijk hebben als hij zegt dat we nog eens naar de spelling moeten kijken? Vorige week was mijn antwoord categorisch ‘nee’. Van de tussen-n moeten we afblijven. Maar de hoofdletters bij bevolkingsgroepen, die zouden we toch eens kritisch moeten bekijken. Vind ik. Neem nu de J/joodse kwestie.
Volgens de Woordenlijst krijgen alleen afleidingen van een aardrijkskundige naam een hoofdletter. De Woordenlijst spelt dus ‘Belg’, ‘Nederlander’, ‘Fransman’, ‘Chinees’ en dergelijke met een hoofdletter omdat die mensen uit een bepaald land komen. In alle andere gevallen spelt de Woordenlijst een kleine letter: ‘zigeuner’, ‘eskimo’, ‘inca’, ‘indiaan’, ‘pygmee’, ‘hindoe’, ‘kelt’, ‘hun’, ‘azteek’. Volgens de Woordenlijst zijn er alleen maar ‘joden’.
Ik kan me voorstellen dat u nu verbaasd naar het laatste rijtje zit te kijken. Spellen we met z’n allen niet spontaan ‘Kelt’, ‘Hun’, ‘Azteek’ en ‘Inca’? U bent niet alleen. Van Dale vindt ook dat het zo moet. Inwoners van historische rijken of gebieden krijgen van hem een hoofdletter. De rest krijgt een kleine letter. Ook volgens Van Dale zijn er alleen maar ‘joden’.
De Spellingwijzer pakt het probleem nog anders aan. Hij spelt religieuze stromingen en hun aanhangers met een kleine letter, net zoals de Woordenlijst en Van Dale. Hij heeft het dus over ‘christenen’, ‘rooms-katholieken’, ‘protestanten’, ‘gereformeerden’, ‘moslims’ en ‘joden’. Maar als het om “nationaliteit” of “etnie” gaat, krijgen ze van de Spellingwijzer een hoofdletter. Dat lijkt me een zinvolle aanpak. In het Israëlische conflict staan Palestijnen en Joden, met hoofdletter, tegenover elkaar. In Bosnië-Herzegovina boterde (botert?) het niet tussen Serviërs en Moslims. Op die manier hoeft niemand zich gediscrimineerd te voelen: een hoofdletter voor alle partijen.