Taalcolumns van Ruud Hendrickx

&

De CVP heeft de voorbije dagen van zich laten spreken. De partij heeft een nieuwe naam, die de voorzitter zelf niet bijster origineel vindt, maar waar iedereen het toch maar lekker over heeft. En wel om een kleinigheid: de & in CD&V.

Heel lang geleden, toen ik nog een kleine jongen was, hadden we het gewoon over het ‘en-teken’. Logisch toch, als je groot geworden bent met de C&A, de C ‘en’ A. Maar die tijd is voorbij en hij komt wellicht nooit meer terug. Het en-teken is dood, leve de ampersand!

Het &-teken is al heel oud. Het zou uitgevonden zijn door ene Marcus Tullius Tiro in de eerste eeuw voor Christus. Tiro was de secretaris van de beroemde schrijver Cicero en ontwikkelde een snelschrift om zijn toespraken op te schrijven. Het teken bestaat uit de verstrengelde letters e en t. Samen vormen ze ‘et’, het Latijnse woord voor ‘en’.

Maar hoe komen we aan ‘ampersand’? Dat is een verbastering van het Engelse zinnetje ‘and per se and’. Vroeger zat het &-teken aan het eind van het Engelse alfabet. Na x, y, z kwam ‘and per se and’. Begrijp dat als “het en-teken dat ‘per se’ (Latijn voor op zichzelf) het woord ‘en’ aanduidt”. Hoe vaker je iets zegt, hoe meer de betekenis ervan verzwakt, en zo werd ‘and per se and’ ten slotte ‘ampersand’. Door assimilatie is de n voor de p een m geworden, net zoals in ‘importeren’.

En hoe spreek je dat nu uit, ‘ampersand’? De papieren Van Dale geeft alleen de oorspronkelijke, Engelse uitspraak op. Maar het woord lijkt zo sterk op een Nederlands woord dat de vernederlandste uitspraak gauw ingang gevonden heeft. Zeg dus maar net als de recentere elektronische Van Dale ‘ámpersant’, met twee doffe a’s en de klemtoon op de eerste lettergreep. En nog even voor de volledigheid: het is ‘de’ ampersand.