Taalcolumns van Ruud Hendrickx

In kennelijke staat

Met zijn drieën waren ze om op mijn stukje van vorige week te reageren. Niet dat ze twijfelden aan mijn verhaal over ‘beginnen’. Maar deze zin, Ruud, die is toch wel bijzonder vreemd: “… dan heb je zat mogelijkheden”. Moet dat niet ‘mogelijkheden zat’ zijn, “want anders zijn het dronken mogelijkheden”? Opdat mijn lezers niet denken dat ik zelf in kennelijke staat was toen ik dat zinnetje schreef, leg ik even uit hoe het zit met ‘zat’.

Laten we eens kijken naar twee vergelijkbare woorden, ‘genoeg’ en ‘voldoende’. Naar je eigen smaak mag je die voor of achter het kernwoord zetten. Daar is iedereen het wel over eens.

  • Er zijn genoeg mensen die nooit vakantie nemen.
  • Er zijn mensen genoeg die nooit vakantie nemen.
  • We moesten opschikken hoewel er voldoende ruimte was.
  • We moesten opschikken hoewel er ruimte voldoende was.

Met ‘zat’ zit het een tikkeltje anders. ‘Genoeg’ en ‘voldoende’ zijn heel gewone, neutrale woorden, ‘zat’ niet. ‘Zat’ is op zich al een informeel woord dat eigenlijk niet in de geschreven taal thuishoort. Zet je het voor het kernwoord, dan is het helemaal spreektaal. Wil je je tekst een beetje verzorgd houden, dan gebruik je ‘zat’ helemaal niet en zeker niet voor het kernwoord. Maar al is het stilistisch niet zo fraai, ‘zat’ kan ervoor. Deze zinnen heb ik uit echte teksten geplukt – Nederlandse teksten, dat wel.

  • Personenauto’s die links rijden houden nog zat ruimte over tussen die strook en de vangrail.
  • Nu worden de bekertjes gesponsord door bedrijven die zat geld verdienen.
  • Zal Cippolini zich al zorgen maken nu hij nog niets heeft gewonnen? Waarschijnlijk niet, want er komen nog zat kansen.

Als hij tenminste niet zat op zijn fiets kruipt. Maar over dat ‘zat’ hadden we het dus niet.