Taalcolumns van Ruud Hendrickx

Acht-acht-acht

Het begint al te duisteren op het Spaanse terras waar ik in goed gezelschap, met een glas boerensangria en een bord versgebakken boquerones over de zee uitkijk. De talloze vliegen mep ik tot moes. Uit wraak bijten de muggen mijn vel kapot tot er jeukende bulten op staan. De telefoon rinkelt. Of ik nog voor het radionieuws van tien uur kan uitleggen waarom de VRT voortaan meer via teletekst zal ondertitelen, hoor ik de dag erna op de voicemail.

Niet dus, maar wat ben ik blij dat het officieel is. Twaalf jaar heb ik er bij de beslissers voor gepleit dat we meer via teletekst moesten ondertitelen. Niet dat ze geen oren hadden naar de argumenten van mij en de ondertitelingsafdeling. Maar er was altijd wel een reden om toch maar open te ondertitelen: de kijker vindt de weg niet naar teletekst, op oudere tv’s zit er helemaal geen teletekst.

Televisietoestellen en tijden veranderen. Intussen weten we dat de kijker open ondertitels waardeert, maar hij wil die ondertitels wel zelf aan of uit kunnen zetten. Net zoals op zijn dvd-speler.

We weten ook dat de teletekstondertitels er allang niet meer voor doven en slechthorenden alleen zijn. Ook horenden gebruiken ze geregeld, omdat ze hun slapende baby niet wakker willen maken of omdat ze door hun drummende tiener niets meer van hun tv-programma verstaan.

We weten ook dat de kijker zich blauw ergert als hij in de ondertitels niet precies hetzelfde leest als wat hij hoort. Maar één-op-één ondertitelen kan nu eenmaal niet. Laat de kijker daarom zelf kiezen: met of zonder.

We weten ook dat de kijker de open ondertitels discriminerend vindt. Waarom zijn West-Vlamingen altijd ondertiteld en Antwerpenaren nooit? We spreken toch allemaal Nederlands, waarom moeten Nederlandse series dan ondertiteld worden? Dat soort klachten.

Ondertutteling heeft Dorian Van der Brempt de taalbetutteling via open ondertitels ooit genoemd. Ik ben blij dat we ervan af zijn. 888, daar zitten de ondertitels voortaan.