Taalcolumns van Ruud Hendrickx

‘Een aantal’-problemen

Er zijn van die problemen waar je nooit helemaal uit komt. Dit is er beslist zo een: staat de persoonsvorm bij ‘een aantal’ in het enkelvoud of in het meervoud? ‘Zal’ of ‘zullen’ een aantal boeken binnenkort verkocht worden? Bij die keuze speelt (spelen?) een aantal factoren een rol.

Eén ding weten we allemaal: de persoonsvorm moet in persoon en getal met het onderwerp overeenkomen. We zeggen allemaal netjes: ‘ik ben’ thuis, ‘jij bent’ thuis, ‘hij is’ thuis, ‘we zijn’ allemaal thuis. Eigenlijk is de regel hierboven niet precies genoeg. Juister is dat de persoonsvorm moet overeenkomen met de kern van het onderwerp. In de volgende zin is ‘luisteraars’ de kern van het onderwerp ‘alle luisteraars van de VRT’: alle ‘luisteraars’ van de VRT ‘hebben’ recht op correcte taal.

Maar daar wringt nu net de schoen: wat is de kern in ‘een aantal boeken’? ‘Aantal’ of ‘boeken’? Dat is helemaal niet zo duidelijk en daarom kan de persoonsvorm zowel in het enkelvoud als in het meervoud staan. Het hangt er maar van af waar je de meeste nadruk op legt: op het geheel of op de delen van het geheel. Zie je de boeken als één pakket dat in zijn geheel wordt verkocht? Dan zet je de persoonsvorm in het enkelvoud. Worden de boeken per stuk verkocht? Dan zet je de persoonsvorm in het meervoud.

Dat is althans één manier om een beetje orde in de zaak te brengen. Je kunt het ook anders bekijken. In verzorgde geschreven taal komt het enkelvoud meer voor, in gesproken taal hoor je bijna altijd het meervoud. Het meervoud klinkt zo gewoon omdat het woord dat het dichtst bij het werkwoord staat, ook in het meervoud staat: een aantal ‘boeken’ ‘zullen’ verkocht worden.

In de praktijk is dit de eenvoudigste richtlijn: als je bij het oplezen de klemtoon spontaan op ‘aantal’ legt, dan is ‘aantal’ de kern van het onderwerp en gebruik je de persoonsvorm in het enkelvoud; anders gebruik je het meervoud. Als je ‘aantal’ niet beklemtoont, betekent het zoiets als ‘enkele’, ‘een paar’, en daar gebruik je ook het meervoud bij. Vergelijk maar ’s:

Er zullen een aantal bóéken verkocht worden voor het goede doel.
Een áántal boeken blijft hier, de rest wordt verkocht.

Niet echt duidelijk, hè?